vrijdag 6 maart 2020

Moestuinieren tips voor beginners

Zoals je weet: ik hou van tuinieren! Ik kan niet wachten totdat het voorjaar écht aanbreekt. Ik heb zin om mijn hele tuin weer vol te planten en te zaaien. Het eerste beginnetje heb ik een paar weken terug al gemaakt: in mijn vensterbank staan al bakjes vol plantjes. Het plan voor de moestuin al gemaakt. 

Het leek me leuk om een blogartikel voor jullie te schrijven over moestuinieren. Want hoe heerlijk is het om een avondmaaltijd te maken voor je man (en/of kinderen) met verse groenten uit eigen tuin. 



Moestuinieren is niet echt moeilijk. Stel dat je ook het komende seizoen ook eens een poging gaat wagen, dan wil ik je hier wat tips en informatie geven waardoor het wat makkelijker voor je zou kunnen worden. 

1. Begin klein. Een moestuin is prachtig, maar in het seizoen ook druk. In de zomer ben je met een redelijke moestuin (ter grootte van een volkstuin) minstens 8 uur per week bezig. Denk aan onkruid wieden, oogsten, zaaien, water geven. En dat is wat heel veel mensen tegenhoudt, want wie heeft nu opeens in de zomer 8 uren extra aan tijd over? Begin daarom klein. Ik probeer zelf ieder jaar iets groter te denken, maar hou wel rekening met mijn andere bezigheden. Je kunt zelfs beginnen met alleen maar in potten kweken. Pepers, rucola,paprika, komkommer, kruiden, snijsla, veldsla en nog veel meer: je kunt het allemaal in potten kweken. Hier kun je er meer over lezen. Natuurlijk kun je ook een klein stukje bloementuin omtoveren tot groentetuin. Let overigens wel op: planten beginnen klein, maar sommige nemen op het eind heel veel ruimte in. Een courgetteplant word enorm groot en een komkommer slingert je tuin door. 

2. Ga er vanuit dat het mislukt. Dat klinkt vreselijk negatief, maar alles wat ik uit mijn moestuin haal is voor mij bonus. Als je gaat moestuinieren kom je erachter dat je afhankelijk bent van verschillende factoren. De lastigste factor is het weer. En daar kun je nou net niks aan veranderen. Natuurlijk zijn er allemaal manieren om het na te bootsen, maar een regenbui is veel vruchtbaarder dan het water uit je gieter. Het ene jaar is het te droog, het andere jaar te nat, het volgend jaar te weinig zon en zo is het ieder jaar wat. Dit zul je ook merken aan de oogst uit je tuin. Als voorbeeld: tomaten houden echt van zon en warmte, afgelopen twee zomers (die erg warm waren) had ik prachtige tomaten. Bij plotseling te veel vocht hebben de tomaten de neiging om open te barsten en te gaan schimmelen. Ik moestuinier al jaren, en ieder jaar leer ik weer bij. Geen enkel jaar is hetzelfde. En dat maakt het zo leuk. Oogst uit eigen tuin maakt je zo blij! Want je weet dat het niet vanzelf gaat. 

3. Begin simpel. Een aantal dingen die het je wat eenvoudiger maken:

  • Koop plantjes in de winkel. Ik kweek ze zelf omdat ik daarvan geniet, maar het kost je veel tijd en energie en het gaat lang niet altijd goed. Plantjes in de winkel zijn in de regel gewoon gezond en sterk dus je start al goed. 
  • Je kunt niet alles als plantje kopen, sommige gewassen moet je zaaien (bijv. radijsjes of spinazie). Achterop het zakje staat precies wanneer en hoe je ze kunt zaaien en wanneer je de oogst kan verwachten. Je kunt zaad een jaar bewaren, maar de kiemkracht gaat er wel op achteruit. 
  • Sommige gewassen zijn lastig te kweken: kool vind ik bijvoorbeeld een hele moeilijke. Ze zijn heel gevoelig voor ongedierte. Tomatenplant vraagt onderhoud (als je hem dieft voor een goede opbrengst). Komkommer heeft veel water nodig. 
  • Sommige gewassen gaan vanzelf, een hele mooie daarvan is de courgette. Daar kun je heel lang en heel veel van oogsten. Ook kruiden willen in de regel goed groeien. En radijsjes zijn ook heel leuk om mee te beginnen: je kunt ze na een aantal weken al oogsten.
  • Hou het bij! Onkruid groeit sneller dan je gewassen. Ze pikken de voedingsstoffen, water en zonlicht van je gewassen. Het is belangrijk dat je regelmatig (bijv. op een vast tijdstip) onkruid weghaalt.
  • Bij droogte is het belangrijk om ook op een vast tijdstip water te geven. Vaak doe ik het in de avonduren, overdag verdampt het water te vlug. 

4. Leer het van een ervaren iemand. Ieder gewas heeft z'n specifieke manier van telen. Natuurlijk kun je het uit een boek leren, maar mijn voorkeur heeft de ervaring. Ik leerde veel van mijn opa. Vraag ervaring of lees je in voordat je een gewas plant of zaait. Een schat aan informatie vind je op deze site

5. Moestuinieren kan goed biologisch. Gewasbescherming (gif) gebruik ik nooit. Met vruchtbare grond heb je niet meteen (kunst)mest nodig. Mocht je onvruchtbare grond hebben dan kun je bij het tuincentrum verschillende soorten (kunst)mest halen. Het enige wat ik wel eens gebruik zijn slakkenkorrels (ook te verkrijgen bij het tuincentrum). Ik strooi ze vaak preventief al om mijn sla en aardbeien heen. Verder lukt het me aardig om biologisch te telen. Kool en aardappelen zijn lastig om biologisch te telen in verband met ongedierte (kool) en ziekte (aardappelen). 

Hè, het was toch lastig om al die informatie beknopt in een blogartikel te krijgen. Er is zoveel over te vertellen! Middenin het seizoen wil ik je proberen een kijkje te geven in mijn moestuin. 

Moestuinier jij? Of ga je dit seizoen een poging wagen?